Samadhi, (Sanskriet: “totale zelfverzameling”) in de Indiase religie, en in het bijzonder in het hindoeïsme en boeddhisme, de hoogste staat van mentale concentratie die een persoon kan bereiken terwijl hij nog steeds gebonden is aan het lichaam en die hem verenigt met de hoogste realiteit. Samadhi is een staat van diepgaande en volledig absorberende contemplatie van het Absolute, die ongestoord is door verlangen, woede of enige andere ego-gegenereerde gedachte of emotie. Het is een staat van vreugdevolle kalmte, of zelfs van verrukking en zaligheid, waarin men zijn volledige mentale alertheid en scherpte handhaaft. Samadhi wordt in het hindoeïsme en boeddhisme beschouwd als de climax van alle spirituele en intellectuele activiteit. De kracht om samadhi te bereiken is een voorwaarde voor het bereiken van bevrijding uit de cyclus van dood en wedergeboorte (samsara). Daarom wordt de dood van een persoon die deze kracht heeft ook beschouwd als een samadhi. Door een verdere uitbreiding, de site waar een persoon verondersteld te zijn zo bevoegd werd gecremeerd is in moderne tijden ook wel aangeduid als een samadhi; dus, de site van Mohandas K. Gandhi’s cremation in Delhi is officially named Gandhi’s Samadhi.